WPO 3

Tijdens dit WPO wordt een eerste vorm van loopstructuren behandeld: de for loop. Loops bestaan uit 2 blokken: de code waarover de loop effect heeft, en de conditie(s) waaronder de loop plaatsvindt. De basis van de for-loop wordt hieronder weergegeven:

for (start;end;increment) { //some code }

Over het algmeen wordt er in de for-loop met een integer (index, vandaar i) gewerkt. In dat geval wordt de for-loop:

for (i=0;i<max;i++) { //some code }

Voor de start en eind conditie kunnen willekeurige waarden opgegeven worden. De increment (hier i++ of i=i+1) kan ook vrij bepaald worden (bv. i=i-1; i=i+5,...). De loop kan dus ook van hoog naar laag gaan. De grootste bron van fouten bij het opstellen van dergelijke loops is de combinatie van het verkeerd kiezen van de start en eind conditie, tesamen met een verkeerde increment. Het is dus belangrijk om de correctheid van de code na te gaan met de debugger. Naast enkelvoudige for-loops is het ook mogelijk om for-loops te nesten, een if-structuur binnen een loop te schrijven, of omgekeerd.